Klik en luister!

Totale Communicatie (TC)

Totale Communicatie is een term die afkomstig is uit het dovenonderwijs. Het was een reactie op de 'orale' methode, waarbij dove kinderen leerden communiceren door middel van gesproken taal: liplezen en praten.

De voorstanders van Totale Communicatie stelden dat 'communicatie' belangrijker is dan 'taal'. Het gaat erom dat je een boodschap zo overbrengt, dat de ander je begrijpt. Daarbij mag je alle mogelijke middelen inzetten: schrijven, tekenen, expressie, pantomime, gebaren.

Lenie de Vries (Rev. centrum De Hoogstraat) was in Nederland de grote voortrekker van Totale Communicatie bij de behandeling van patiënten met afsie. Enkele van de strategieën die zij gebruikte:

Als een patiënt bij een communicatie-taak of in een spontaan gesprek niet kan zeggen, wat hij bedoelt, vraag dan of hij/zij het bedoelde kan

  • opschrijven,
  • aanwijzen,
  • tekenen, of
  • uitbeelden (grootte aangeven, pantomime, expressie).

Wanneer de patiënt de boodschap daarmee niet kan overbrengen, gebruik deze middelen dan zelf, en vraag steeds of de patient feedback kan geven: "Bedoelt u dit?" "Is het zo groot?".

Dit 'modelleren' heeft tot doel om de patiënt te leren hoe hij deze middelen zelf kan gebruiken, en om de juiste reactie uit te lokken bij de patiënt: "Nee, zo groot!" 

Hulpmiddelen die ontwikkeld zijn en/of ingezet worden bij TC therapie:

  • het Taalzakboek;
  • het communicatieschrift.

In het kader van de TC therapie zijn in Nederland destijds de eerste computerprogramma's ontwikkeld voor volwassenen met afasie: STAP (Systeem voor de Training van Afasie Patiënten). Toen nog op een computer met een zwart beeldscherm, groene letters, minimale grafische mogelijkheden. 

TC therapie - en afgeleide vormen daarvan - wordt in Nederland nog steeds gebruikt bij de behandeling van afasie-patiënten. 

 

Klik en luister!