Klik en luister!

Lezen en leesproblemen

Lezen

Wanneer je leest, dan zet je de letters en woorden op een bladzijde of op een computerscherm, om in een boodschap, een betekenis, een verhaal. Daarvoor heb je 'taal' nodig. De letters en woorden zet je om in taal, taal opent de deur naar de betekenis. Wanneer je een taal niet kent, of wanneer je taal niet meer goed kunt verwerken, heb je - in de meeste gevallen - ook problemen met lezen.

Maar er zijn verschillen. Mensen met weinig leeservaring, lezen door geschreven woorden om te zetten in klanken. Dat noemen we 'verklanken'. Eigenlijk is het gewoon hardop lezen, of zachtjes voor jezelf de woorden en zinnen uitspreken.

Mensen met veel leeservaring, lezen zonder te verklanken. Of misschien verklanken ze wel, maar gebeurt dat automatisch, zonder dat ze dat merken. Je ziet een woord of zin, en je weet wat er bedoeld wordt. Lezen zonder verklanken gaat sneller. Lezen met verklanken zorgt ervoor dat je minder fouten maakt. In het onderwijs zie je die verschillen er: sommige kinderen zijn raders, die lezen snel, maar maken fouten. En er zijn spellers, die langzaam woord voor woord of zelfs letter voor letter lezen.

Afasie

Lezen kan voor iemand met afasie voordelen hebben, boven praten en luisteren. Wanneer je leest, kun je immers zelf het tempo bepalen: je hebt tijd om na te denken. Wanneer je een woord of zin niet begrijpt, kun je het nog een keer proberen, en nog een keer. Bij het lezen ben je bovendien niet afhankelijk van een ander.

Oefenen

In de therapie is lezen ook belangrijk: door woorden spellend te lezen, kun je oefenen met de uitspraak van woorden. Door zinnen woord voor woord te lezen, kun je oefenen met de volgorde van woorden in een zin, en met grammaticale constructies.

Door tegelijkertijd te luisteren en te lezen, kun je oefenen met lezen: je ziet het woord, je hoort de 'verklanking'. Maar zo oefen je ook met luisteren: je ziet de woorden die gezegd worden. Je kunt dit oefenen met de computer, er zijn allerlei 'spraak-programma's' die computerteksten voor kunnen lezen. Je kunt dit ook oefenen met gesproken boeken. Vroeger waren dat boeken op cassettebandjes, nu zijn het boeken die je kunt afluisteren met een CD-speler of op de computer. Als je het gedrukte boek erbij neemt, kun je luisteren en lezen tegelijk. Er zijn ook gesproken boeken en tijdschriften, waarbij je de tekst op een computerscherm kunt meelezen.

 

Klik en luister!